In de voorgaande blogs hebben we gesproken over het benaderen van twee pionnen die het begin en eind punt van de oefening aangeven. Ieder moment in je leven kun je zien als een blok met een begin, een tussen stuk en een einde. Een simpel voorbeeld, je moet naar de winkel, het begin is je pakt je fiets. Het tussen stuk is, je fietst naar de winkel, haalt boodschappen en daarna fiets je weer naar huis en het eindstuk, je komt thuis en zet je fiets het liefst op dezelfde plek. Want mensen zijn over het algemeen ook best wel gewoonte dieren, toch? De twee pionnen naast elkaar om het begin en het eind punt van de oefening aan te geven en de eerste tijd in deze training houden we dit altijd hetzelfde en dus voor het paard herkenbaar. Wat hier de voordelen van zijn is dat het voor een paard overzichtelijk wordt, het weet precies wanneer iets begint en wanneer iets eindigt. Het hoeft dus niet te gissen naar hoelang dit allemaal gaat duren, wanneer en waar het mag stoppen etc. Een gissend paard kun je herkennen aan bijvoorbeeld het wijzen met de neus naar de uitgang van de bak of tussentijds willen stoppen. Dit zijn vragen vanuit het paard en wanneer wij die systematisch negeren leren we het paard dat vragen (communicatie) geen zin heeft, mensen luisteren toch niet. Wij denken dan misschien dat het paard braaf is omdat het die dingen niet meer doet, maar eigenlijk heeft een paard communicatrie opgegeven. Door een begin en eindpunt te creeeren geef je je paard tevens de handvaten om dingen te kunnen aangeven en heeft het paard zelf ook een zegje in de situatie. Zoals ik al eerder naar voren bracht, het is belangrijk om een open communicatie te creeren waarbij zowel jij als het paard ideeen naar voren mogen brengen. En het is belangrijk om je te beseffen dat de communicatie vanuit het paard geen persoonlijke aanval is. Maar een paard dat aangeeft hoe het zich voelt en dat het iets nodig heeft om zich beter te voelen over de situatie. En vergeet niet, minder stress betekent ook meer leer vermogen.
Je kunt vanalles verzinnen als begin en eind punt, (twee emmers, twee palen, twee blokken hout) zolang je maar kan zien dat het paard het ook als zodanig oppikt. Ik zou het wel de eerste tijd (maanden) hetzelfde houden en niet switchen van paal naar pion. In het blog over ‘generaliseren’ kom ik daarop terug.
In het begin zijn de oefeningen heel simpel en voornamelijk bedoelt voor ons, dat wij leren om ons af te stemmen op het paard, dat wij leren te observeren, dat wij leren hoe we ons lichaam kunnen inzetten. Hoe begin je samen te lopen, wat laat het paard zien, hoe ga je dezelfde richting op, hoe maak je samen een bocht terwijl je aan de binnen kant loopt en hoe aan de buitenkant en hoe stop je samen? Waar precies zet ik de stop in zodat we tussen de pionnen tot stil stand komen?
De eerste keer kijk je wat een paard jou wil geven. Sommige paarden lopen snel, sommige tergend langzaam. Dat is dus informatie over het paard. En je past je aan aan de snelheid die het paard aanbied. (weet je nog, stap 1, je wilt het paard laten zien dat je werkt aan connectie/vriendschap) Wanneer je voelt dat er contact is stel met je lichaam een andere snelheid voor (dus niet door druk op het paard te leggen via een halstertouw maar door meer of minder energie in je lichaam te brengen) en kijkt of het paard met mee gaat. (Weet je nog, stap 2, paard gaat mee in jouw suggestie) Vaak kun je voelen of een paard zich opent en dat is het moment dat je dingen kunt gaan voorstellen. Wanneer het paard niet met je mee gaat dan ga je terug naar de snelheid die het paard had ingezet. Een paard mag dus NEE zeggen. Denk ondertussen na wat er gebeurd, Was je inzet een te snelle handeling en kon het paard je niet volgen? Is het paard niet comfortabel in de omgeving en moet je Of misschien wil een paard gewoon weten of het nee mag zeggen, vooral voor paarden die nooit NEE hebben mogen zeggen is dit belangrijk om te ervaren en te onderzoeken. Geen probleem, we stellen het een stukje verder nog een keer nog een keer voor. “Kun je het hier wel met mij?” En wanneer je gefrustreert raakt omdat je paard NEE blijft zeggen, misschien is dat dan juist wel de les die het paard je probeert te laten zien? Want wanneer jij de verantwoordelijkheid neemt voor je frustratie en ermee dealt, dan worden jullie een veel sterker team samen! En dat is wat het paard naar zoekt!
Het eindpunt van de oefening.
Dit is een heel belangrijk stuk van de oefening. Binnen de kudde is balans heel erg belangrijk. Ik werk graag met korte oefeningen, in het begin maar twee minuten en bij het eindpunt loop ik weg van het paard en geef het rust. Het beste is wanneer het paard los mag lopen en zelf mag besluiten wat het doet. (het halster touw af doen of over de rug gooien) Dit is een pracht moment om te observeren omdat we kleine verschuivingen in het gedrag zullen zien. Blijft het paard stil staan tussen de pionnen? Loopt het de oefening in om eventuele atributen wat beter te bestuderen? Pakt het dingen op? Loopt het ver van ons weg en gaat het naar zijn vriendjes staan roepen? Gaat het gras eten? Komt het bij ons staan? Alle dingen die het paard laat zien zijn ok. Ik heb zulke mooie dingen gezien bij paarden die eerst letterlijk naar de andere kant van de bak rennen en niets met ons te maken willen hebben. En staps gewijs zich beter voelen naar gelang ze snappen dat er een connectie is. En uiteindelijk zelf naar het begin punt lopen en naar je kijken of je ook komt omdat ze de oefening nog een keer willen doen. Daar wordt mijn hart zo blij van, van zulke momenten! Het belang van het eindpunt is dat een paard snapt dat het invloed op de situatie kan uitoefenen door naar het eindpunt te lopen. Wij beloven het paard dat we bij het eindpunt de oefening stoppen en het paard rust geven. Vooral bij paarden die in het verleden nare ervaringen hebben gehad met mensen maakt dit stuk invloed kunnen uitoefenen een groot verschil. Een kanttekening, maak de oefening altijd eerst af! Ook wanneer je af moet stappen loop dan met het paard naar het eindpunt en ga daar pas bedenken wat je de volgende keer anders kunt doen.
Echte connectie herkennen.
Na een tijdje op deze manier gewerkt te hebben zal het paard begrijpen dat je zoekt naar connectie en zal het paard op natuurlijke wijze uit vrije wil een lijntje met je houden. Signalen dat dat gebeurd is, je kijkt samen met het paard naar een voorwerp wat het paard niet kent en je brengt je aandacht naar iets anders en paard doet hetzelfde. Je laat het paard gras eten en besluit verder te lopen en het paard stopt zelf met eten en loopt met je mee. Je ademt uit en ontspant en precies op dat moment doet het paard hetzelfde. Je loopt ergens naar toe wat het paard heel eng vindt en het paard loopt zonder halstertouw uit zichzelf met je mee en doet zijn best om te ontspannen om bij jou te kunnen blijven zonder dat je hierom vraagt. Ook zal het paard dingen gaan voorstellen en om dingen vragen. Een ander belangrijk aspect van deze manier van werken is dat een paard ook kan aangeven wanneer het pijn heeft. Je hebt het paard namelijk laten zien dat je luistert. Stel het zadel doet pijn, dan kun je de vraag vanuit het paard voelen dat het weer bij het opstapblok wil gaan staan en zacht geluid maken wanneer je afstijgt. Momenten waarvan je vroeger gezegd zou hebben, “hij heeft geen zin! Nou we gaan het mooi wel doen!” Ik heb met hertrainen van paarden met gevaarlijk probleem gedrag op deze manier haarfijn kunnen achterhalen wanneer er lichaamlijk iets niet goed zit. Terwijl dierenartsen niets konden vinden. En waar later toch bleek dat er lichamlijk ernstige dingen aan de hand waren.
Volgende keer meer over het onderwerp observeren


